Intussen is Jezus naar het paleis van Pontius Pilatus gebracht. Pilatus is een Romein. Hij is de baas van duizenden soldaten. Daarmee moet hij van de keizer in Rome het land Israël onder controle houden. Ook moet hij ervoor zorgen dat alle Joden steeds geld betalen aan de keizer. Pilatus weet dat de wrede keizer hem zal straffen als hij zijn opdracht niet goed doet.