Jozef, de timmerman, is buiten aan het werk. Hij kijkt naar Maria, die net water heeft gehaald in een kruik. Over een paar maanden gaan ze trouwen. Hij kan het nog bijna niet geloven. Wonderlijk dat hij was uitgekozen om de man te worden van dit meisje. “Ja”, denkt Jozef, “ik zal goed voor haar zorgen. Ze is zo lief en nog zo jong.”